De 10 tegenstrijdigheden van
GBC’s goeroe stelsel


IRM

Terug naar Prabhupada, Nummer 64, Deel 4, 2019

De GBC heeft recentelijk de volgende resolutie goedgekeurd waarin het wordt toegestaan dat vrouwen diksa goeroes kunnen worden:

“1 Vaisnavi’s kunnen diksa binnen ISKCON geven, mits zij:
a) Voldoen aan criteria opgesteld voor ISKCON diksa goeroe aanvragen;
b) Minstens 55 jaar zijn en leven in een stabiel gezin, onder de bescherming van de man, oudere zoon of schoonzoon, gekwalificeerd gezinshoofd, of ervaren Vaisnava of Vaisnavi sanga;
c) Een geschreven toestemming van het juiste regionale bestuur of gelijkwaardig, of van de nationale raad, om diksa te geven in dat specifieke deel van de wereld.”
(Aangenomen 15/10/19)

Deze verandering van de GBC goeroe-franchise is de laatste van vele verschillende goeroe-stelsels sinds Srila Prabhupada’s fysieke heengaan, waarvan de GBC heeft beweerd dat het “geautoriseerd” is. We noemen ze hieronder.

Vele verschillende stelsels 

1978: Alleen 11 mannelijke discipelen konden diksa goeroe zijn. Een uitleg over dit stelsel van “elf exclusieve opvolgende diksa goeroes” staat beschreven in de GBC resolutie 403 uit 1999.

1978: Goeroes waren gekozen door Srila Prabhupada. Zie GBC resolutie 16, 19/3/1978 waarin wordt beweerd dat deze 11 goeroes rechtstreeks waren gekozen door Srila Prabhupada.

1982: Alleen mannelijke discipelen die waren aanbevolen door initiërende goeroes en die ¾ van de stemmen ontvingen van het GBC bestuur, konden diksa goeroe worden.

1986: Alleen mannelijke discipelen aanbevolen door de GBC leden die een meerderheid aan stemmen van het GBC bestuur ontvangen, kunnen diksa goeroe worden. Zie GBC resolutie 3, 30/3/86.

2002: Alleen mannelijke discipelen en discipelen van discipelen, aanbevolen en goedgekeurd door de GBC, kunnen diksa goeroes worden. Zie GBC resolutie 303, 2002.

2009: Elke man of vrouw kan diksa goeroe worden, volgens de richtlijnen van de GBC, met gelijke regels voor de verkiesbaarheid voor man en vrouw. Zie GBC resoluties 305, 2009.

2015: Discipelen van discipelen en vrouwen geschorst om te handelen als diksa goeroe. Zie GBC resolutie 310, 2015.

2019: Discipelen van discipelen mogen weer diksa goeroes worden. Zie GBC resolutie 700, 2019.

2019 Vrouwen kunnen onder striktere voorwaarden dan mannen diksa goeroe worden. Zie GBC resolutie 15/10/19.

1984: Her-initiatie verplicht voor “gevallen” goeroes om zich aan te sluiten bij de parampara. Zie GBC resolutie 1, 6/3/84.

2012: Her-initiatie niet nodig voor gevallen goeroes om zich aan te sluiten bij de parampara. Zie GBC resolutie 311, 2012.

Kennen de instructie om opvolger te worden niet

De GBC is dus minimaal 10 keer van gedachten veranderd over; of alleen sommige of alle manneljke discipelen diksa goeroes kunnen zijn, of discipelen van discipelen diksa goeroes kunnen zijn, of vrouwen diksa goeroes kunnen zijn, hoe men goeroe wordt en of men altijd een goeroe nodig heeft die niet is gevallen. Een paper van de GBC die een uitleg geeft over de nieuwe resolutie die vrouwelijke diksa goeroe autoriseert, stelt:

“Het belangrijkste voor deze beslissing zijn de uitgesproken wensen en instructies over goeroe kwalificaties van ISKCON’s Oprichter-acarya Zijne Goddelijke Genade Srila A.C. Bhaktivedanta Swami Prabhupada."
(GBC, 17/10/19)

Het moet echter worden opgemerkt dat ze elke keer dat ze een nieuw goeroe-stelsel in het leven roepen, beweren dat het is gebaseerd op Srila Prabhupada’s instructies, wat vanzelfsprekend betekent dat dit niet gold voor het stelsel dat werd vervangen, ondanks dat ze op dat moment wel beweerden dat Srila Prabhupada de opdracht gaf! Zodoende zeggen ze eigenlijk elke keer dat ze, wat betreft de instructies van Srila Prabhupada over goeroes, volledig fout zaten als ze een verklaring gaven over het veranderen van het goeroe-stelsel, en natuurlijk kunnen ze wederom fout zitten! De vele veranderingen van GBC’s goeroe-stelsel toont de onwetendheid over Srila Prabhupada’s instructies over hoe initiaties moeten worden uitgevoerd binnen ISKCON.


Geen instructie om op te volgen

Als Srila Prabhupada echter een duidelijke instructie zou hebben gegeven over goeroe opvolging, had de instructie uiteraard duidelijk gemaakt wie Srila Prabhupada de instructie gaf om hem op te volgen en hoe - anders was het geen instructie voor iemand om hem op te volgen! En er zou geen verwarring en tegenstelling zijn over of hij 11 mannen had gekozen, of alle mannen, of alle mannen en vrouwen inclusief discipelen van zijn discipelen, als opvolgers. De onwetendheid van de GBC over de goeroe opvolging laat dan ook zien dat Srila Prabhupada geen instructie gaf om hem op te volgen. En de afwezigheid van een instructie van Srila Prabhupada over de goeroe opvolging heeft ervoor gezorgd dat de GBC dit gat probeert te vullen door telkens verschillende elkaar tegensprekende goeroe opvolging stelsels te bedenken. De laatste resolutie is hier opnieuw een voorbeeld van. De GBC meldt in haar verklarende paper:

"Srila Prabhupada bekritiseerde en waarschuwde sterk tegen lichamelijke en wereldse bedenkingen aangaande de rol en bevoegdheid van de diksa-goeroe.
(GBC, 17/10/19)

Echter, zij bieden een twee laags diksa goeroe-stelsel dat juist is gebaseerd op “lichamelijke” overwegingen; vrouwen moeten minstens 55 jaar zijn en moeten worden “beschermd” om diksa goeroe te kunnen zijn, maar voor mannen geldt dit niet. Srila Prabhupada heeft echter nooit een instructie gegeven voor een dergelijk goeroe-stelsel dat uitgaat van twee lagen en “lichamelijke” overwegingen. De paper verklaart:

“Srila Prabhupada’s manier om balans te vinden tussen spirituele en maatschappelijke rollen van Vaisnava’s en Vaisnavi’s in de context van zuivere toegewijde dienst”.

Srila Prabhupada heeft echter nooit verklaard dat een zuivere diksa goeroe is onderworpen aan “maatschappelijke rollen”. Hij verklaart juist het tegenovergestelde:

“Zoals Hari vrij is om te doen zoals Hij wilt, is de gemachtigde geestelijk leraar ook vrij.
(Cc., Madhya-lila, 10.136, benadrukkingen toegevoegd)

De GBC wordt derhalve wederom gedwongen om haar eigen stelsel te verzinnen, omdat Srila Prabhupada in de werkelijkheid geen enkele opvolgende diksa goeroe autoriseerde - punt.

Conclusie


De GBC is gedwongen tot het verzinnen van continu veranderende zichzelf tegensprekende goeroe opvolg stelsels , omdat Srila Prabhupada geen goeroe opvolgings instructie gaf aan een man of vrouw! Hij alleen blijft de diksa goeroe van ISKCON.


Ga terug naar GBC Index

Ga terug naar IRM Homepage

Chant alsjeblieft - Hare Krishna, Hare Krishna, Krishna, Krishna, Hare, Hare,
Hare Rama, Hare Rama, Rama, Rama, Hare, Hare - en wees gelukkig!